Al eerder meldde ik dat het een probleem is om de tweede ferry (van Port Fouad naar de terminal zijde) te nemen. Terwijl in Port Said een stuk of zes ferry’s doorlopend aan en af varen, ligt er in het tweede kanaal slechts een enkel exemplaar, dat totaal niet toereikend is voor het groeiend aantal reizigers. Dat leidt tot lange wachttijden en als je de boot mist duurt het minstens een uur voordat die heen en weer is. Maar dat is niet het enige probleem…
De weg waar alle auto’s, minibussen en vrachtwagens zich opstellen is helaas niet de rij waar iedereen gebruik van maakt. Op de tegensgestelde rijbaan komen met de regelmaat van de klok wagens met ‘belangrijke’ figuren voorbij die de hele rij passeren en door de politie en militairen doorgelaten worden. Dus als er een stuk of vijftien ‘voorrang’ wagens gepasseerd zijn, moeten de meeste wagens in de originele rij nog een extra ritje heen en weer wachten.
Dit werkte enigzins op mijn ‘gelijke monikken gelijke kappen’ gevoel in en dus toeterde ik spontaan een paar keer als een wagen met ‘strepen’ of driedeligpak in de andere rijbaan passeerde, wat al snel gevolgd werd door iedereen in de rij wachtenden. Dit was blijkbaar nog niet eerder gebeurd en een aantal chauffeurs liep zelfs naar de roadblock om te protesteren als er weer iemand voorgelaten. Het leidde tot een verbaal opstootje met de uniformen die de slagboom hanteerden en met het spervuur van argumenten wisten ze duidelijk geen raad.
Tot de ferry aanmeerde mochten er zo’n 15 ‘speciale’ wagens door en vanuit de gewone wachtrij niet meer dan 10 auto’s en twee vrachtwagens. Ik strandde net als voorste wagen in de nieuwe wachtrij. Na wat proppen en meten kon ik alsnog door en met de spiegels ingeklapt kon de klep met moeite dicht. En toen ging die weer open… De wagen naast de mijne werd verzocht eraf te rijden en in zijn plaats kwam een nette sedan met een meneer in hagelwit overhemd en een dikke bundel gouden strepen op zijn schouders.
In de verte hoorde ik een kakefonie van getoeter en protesterende kreten uit de officiele wachtrij. Het leek wel een kermis. In plaats van 0800 uur startten we die dag pas om 09:30 uur met de training, omdat de meeste medewerkers een of twee keer de ferry gemist hadden. De volgende ochtend moest iedereen zich melden op kantoor voor een toespraak van het hoofd personeelszaken. Madam Azza vermeldde dat een hoge autoriteit het management had gebeld en geklaagd over het liederlijk gedrag van ons personeel in de legale rij wachtenden.
Met de mededeling vooral geduldig te zijn (er wordt al twee jaar met moeite onderhandeld over een eigen ferry voor onze terminal) en om de reputatie van ons nieuwe bedrijf hoog te houden, vertrokken de minibussen van kantoor geduldig richting de terminal. Opnieuw schoven we netjes aan in de rij wachtenden om ons ontspannen te ergeren aan de belangwekkende passanten die zonder pardon voorrang kregen voor de ferry. Tot ieders verbazing reed daar plots onze eigen directeur – die even toeterde en zwaaide om ons te begroeten – langs de getergde wachtrij. Niemand toeterde terug… en wederom zagen we slechts een kielzog verdwijnen naar de overzijde, waar we allang aan de slag hadden moeten zijn.
Tja dat werkt idd nogal op de zenuwen. Heerlijk zo’n originele klassen maatschappij 😉
heb je mevrouw Azza nog uitgelegd, dat dit opstandige en niet te tolereren gedrag, door jou is aangewakkerd?
Zou een eigen ferry voor deze zeer belangrijke personen, i.p.v. voor jullie, geen oplossing zijn?
Haai Tet, ben ik dan f fterug van zoka voor school. Maar wat is dat nou? Jij als zeekadetveteraan weet daar toch wel raad mee? Ik bel je nog! 😀
Hoi tet, zo te lezen bleef je nog steeds veel mee. Erg leuk om te lezen,. Hier in het koude kikkerlandje gaat het redelijk. Het weer wil niet echt mee zitten. Maar goed van om jouw verhalen moeten we in ieder geval lachen en dat fleurt ons dan weer op. Veel sterkte met de ferry 😉 . Groetjes
Dit moet zo’n gevoel geven van voorpiepers bij de bakker. Veel sterkte en hou je taai ! 😉